- laurensgysels8
Waarom ik geen regenboogkleuren op mijn profiel foto heb staan
Ik heb het wel overwogen hoor, als steun voor de holebi’s. Ik vind het best ook wel een mooi symbool, vanuit het perspectief van steun. Maar een deel van mij vindt het een beetje goedkoop, dat deel heeft blijkbaar de overhand op mijn behoefte om te steunen. Alhoewel, dit bericht is mijn vorm van steun.
De regenboogkleuren geven mij een beetje hetzelfde gevoel als ‘de warmste week’ of de campagne die er onlangs was tegen vrouwengeweld, naar aanleiding van de vrijspraak van een man die een vrouw had verkracht.
Wat al die zaken gemeen hebben is dat er een publieke verontwaardiging is tov daden van geweld. Geweld tegen holebi’s, geweld tegen vrouwen, geweld tegen vluchtelingen, maar ook minder duidelijk geweld dat evengoed agressief is zoals armoede, honger, gebrekkige zorgverlening, milieuproblematiek,…
Een combinatie van groepsdruk en een knagend geweten zorgt er dan voor dat we collectief onze verontwaardiging uiten in de vorm van steun en donaties, in het beste geval; of in de vorm van het aanklagen van de daders. Voor even. Daarna gaat alle geweld weer door zoals vroeger, maar dan verder van ons bed. Tot het weer dicht bij ons bed opduikt en we weer in een collectieve kramp schieten.
Het potentiële probleem met die steunbetuigingen is namelijk dat ze ons het gevoel geven dat we ‘iets gedaan hebben’. Ons geweten is gezuiverd, de aflaat is betaald. Terwijl we in werkelijkheid juist heel vaak niks doen, wat er echt toe doet.
Als we echt iets zouden willen doen voor elkaar, dan doen we iets om het geweld in de wereld te verminderen. Om dat te kunnen doen moeten we eerst en vooral inzien dat geweld niet gepleegd wordt door inherent slechte mensen die uit ‘ik weet niet welk soort hellegat komen gekropen’. Nee, geweld wordt gepleegd door mensen zoals u en ik. Die homohater? It could have been me. Daar start het mee. Het verschil tussen die homohater en ik is dat ik kansen heb gekregen in mijn leven om mijn innerlijke pijn en mijn trauma te transformeren, dat ik er wellicht ook minder heb meegekregen dan hem. Dat ik kansen heb gekregen om genoeg zelfliefde te ontwikkelen. Dat ik vanuit die zelfliefde mijn liefde kan voelen voor alles en iedereen. Kansen die de geweldpleger van dienst onvoldoende heeft gekregen, zo blijkt duidelijk.
Geweld is een uiting van innerlijke pijn die vast zit. Het is het eigen emmertje met pijn dat vol zit en overloopt. Bij een kind zien we dat duidelijk. Een kind dat gepest en getreiterd wordt door grotere kinderen kropt het vaak op, omdat het weerloos is. Het volgende leeftijdsgenootje dat echter ook maar iets verkeerd zegt, die krijgt de volle lading. Bij volwassenen werkt dat net hetzelfde. Moord is een heel extreme vorm hiervan, maar het mechanisme is wel exact hetzelfde.
Uiteraard wil dit niet zeggen dat we die daden moeten goedkeuren! Helemaal niet. Het is belangrijk dat we uitspreken dat we deze daden streng veroordelen, maar dat is niet hetzelfde als de mens achter de daad veroordelen. De daad was een ‘cry for love’, van iemand in pijn. Door hem nog meer pijn te geven, maken we het probleem alleen maar erger. Soms kan het nodig zijn om iemand uit de maatschappij te onttrekken omwille van het gevaar, volledig akkoord. Niet als ‘straf’, maar uit noodzaak.
Onze individualistische maatschappij is een machine voor pijn. Als we het geweld willen verminderen, moeten we leren elkaar terug meer lief te hebben. Ook ‘daders’ moeten we leren liefhebben. Vooral daders, want zij hebben er het meeste nood aan. Velen zullen dit niet graag lezen, dat snap ik. De pijn van slachtoffers (en hun geliefden) is vaak heel groot, hun verdriet en hun woede zeer terecht, maar die woede uitwerken op de dader, of op iemand anders, daar wordt echt niemand beter van. En nogmaals, dat wil niet zeggen dat we onze grenzen niet moeten aangeven of dat we daden van geweld moeten goedkeuren.
Die liefde kunnen voelen voor mensen die anderen pijn berokkenen, dat kan niet zomaar. Daar is een heel proces voor nodig. Namelijk het proces van het transformeren van onze eigen innerlijke pijn. De boosheid of de angst die we voelen, voelen we namelijk alleen maar omdat de daad in kwestie ons triggert op onze eigen pijn. Eenmaal die eigen pijn getransformeerd kan je compassie voelen voor de pijn die aan de oorsprong ligt van om het even welke daad.
Willen we geweld uit de wereld? Laat ons dan aan onszelf werken en onze liefde verspreiden. Al de rest is hoofdzakelijk zelfbedrog, vrees ik.

Liefs